Op maandag 4 juni 2018 ondertekenden de fracties van GroenLinks, STIP, D66, VVD en PvdA het Coalitieakkoord ‘De toekomst in uitvoering’. Daarmee kwam een einde aan een formatie van ruim twee maanden. De afspraken die de fracties hebben gemaakt, zijn neergelegd in een akkoord op hoofdlijnen. De koers die ze hebben uitgezet willen ze in de komende tijd verder uitwerken, in gesprek met de gemeenteraad en in samenwerking met de stad en de regio. En dat is volgens mij heel nuttig.
De verkiezingsuitslag geeft mijns inziens aan dat er in Delft inderdaad draagvlak is voor het voortzetten van de vorige coalitie. Immers, door de verkiezing veranderde binnen de Delftse Raad de zetelververhouding tussen coalitie en oppositie niet. Tegelijk geven de uit de verkiezingen voortkomende stemverhoudingen binnen de coalitie aan dat er anno 2018 minder steun is voor het sociaal-liberaal midden zoals door D66 verwoord en meer voor de flanken zoals vertegenwoordigd door GroenLinks en studentenpartij STIP. In hoeverre deze lokale verschuiving het resultaat is van landelijke ontwikkelingen is een vraag voor academici en voor de komende vier jaar niet relevant.
Ook dit coalitieakkoord bevat weer een mooie, zij het wat technocratische tekst, met voor elk wat wils. Maar ook met grijs taalgebruik dat om uitleg vraagt. Zoals rond het belangrijke thema wonen: "Het aantal sociale huurwoningen willen we hier op zo’n niveau houden dat de slaagkans van een Delftse woningzoekende in het sociale segment redelijk is". Wat is dat, "zo'n niveau" en "redelijk"? Geef duidelijke getallen die aansluiten bij werkelijke behoeften zoals geschetst in de Woonvisie 2016-2023.
De politieke uitdaging zit hem, zoals altijd, in de komende uitvoeringspraktijk. Zal de coalitie er, zoals de afgelopen twee jaren is gelukt, in slagen om een breed draagvlak te creëren voor invulling van de plannen? Dus samen met een kritische maar grotendeels constructieve oppositie èn de stad buiten de raad? En worden dus bij de uitvoering de stadsbewoners serieus, actief en permanent betrokken? Bij het plannen maken, de uitvoering daarvan èn de evaluatie van de resultaten?
Wat versterking van de lokale democratie betreft: in het coalitieakkoord komen de woorden "democratie", "inspraak", "raadpleging", "peiling" en "referendum" niet voor. En de paragraaf over participatie is niet erg innovatief. Dat voorspelt weinig goeds. Laten we hopen dat bij de beloofde uitwerking van het coalitieakkoord ("in gesprek met de gemeenteraad en in samenwerking met de stad en de regio") ook het gesprek met en de inspraak van de bewoners en hun vertegenwoordigers een ruime en structurele plek krijgt. Want zonder gesprek en vormen van permanente inspraak geen echte samenwerking of actieve democratie.
Bron illustratie website D66 Delft.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten