Inderdaad, het eens per vier jaar houden van verkiezingen is maar een begin. Serieuze partijen zoals D66 laten in hun verkiezingsprogramma zo veel mogelijk de mening van bewoners doorklinken. Velen weten de partijen met hun ideeën te bereiken via mail, telefoon, social media, persoonlijk gesprek en inloopavond. Die ideeën klinken door in de verkiezingsprogramma's voor de toekomst. Bij de verkiezingen wordt duidelijk hoeveel bewoners steun geven aan welke partij. Op basis van hun gedrag in het verleden èn hun plannen voor de toekomst. Dat is de democratische basis voor de volgende bestuursperiode.
Eigenlijk begint het democratisch proces dan pas: actieve democratie krijgt immers pas vorm bij de uitvoering van de plannen in de jaren tussen verkiezingen. Door bewoners en politiek samen. Heel wat (groepen) bewoners weten ook dan op een effectieve manier de dagelijkse politiek te beïnvloeden. Nog steeds informeel maar ook met formele instrumenten als de burgerbrief aan de raad. Voor anderen is dat minder vanzelfsprekend. Die bewoners helpt D66 graag 1-op-1 op weg.
Er zijn veel manieren om actieve "burgerparticipatie" te organiseren. De in de column bepleite, door loting gekozen "burgerraad" per thema is er een van. Ook digitale bewonerspeilingen zoals het Delftse Internet Panel, burgertoppen zoals de G1000-beweging en het uitdaagrecht (Right to Challenge) bevorderen burgerparticipatie.
Ik vind dat burgerparticipatie het best op initiatief van bewoners zelf kan worden vormgegeven, en niet "op het stadhuis" bedacht. Bij de bewoners zelf bestaat immers behoefte aan actief betrokken zijn bij een onderwerp en een voorkeur voor de manier waarop. Daarvoor ruimte maken leidt tot echte democratie.
Illustratie bron
Geen opmerkingen:
Een reactie posten